AI schaamte? Kansen voor impact, uitdagingen in duurzaamheid

Het valt me de laatste tijd op: de discussie over Artificiële Intelligentie en de impact op ons milieu is overal. En eerlijk gezegd, soms bekruipt mij ook wel eens het gevoel van een soort opkomende ‘AI-schaamte’. Alsof we ons bijna zouden moeten verontschuldigen als we de mogelijkheden van AI verkennen, vanwege de energie die het kost. Maar ik vraag me dan direct af: is dat wel de meest productieve reactie? En is het een uniek gevoel voor AI? Vragen we ons bij elke Google-zoekopdracht (die óók energie vreet en draait op datacentra) nog steeds af of de oude, vertrouwde papieren encyclopedie thuis niet een duurzamere keuze was geweest? Waarschijnlijk niet. We hebben de snelheid en het gemak omarmd, en de onderliggende infrastructuur – inclusief de milieukosten – lijkt daarbij een geaccepteerd gegeven.

In dit artikel wil ik daarom wat dieper graven, voorbij die eerste, misschien wat ongemakkelijke, reflex. Ik nodig je uit om mee te denken: hoe kunnen we, juist als sociale ondernemingen met een hart voor mens, milieu én maatschappelijke vooruitgang, op een lerende, effectieve en vooral verantwoorde manier omgaan met de kansen en uitdagingen die AI ons biedt? Laten we samen zoeken naar een weg vooruit, want stilzitten en afwachten lijkt me geen optie.

1. We zitten middenin de AI-ontdekkingsreis: waarom nu leren zo belangrijk is

Laten we eerlijk zijn: we staan nog maar aan het begin. Zowel als individuen binnen onze organisaties, maar zeker ook als sociale werksector, zijn we aan het uitvogelen hoe we AI nu écht goed en zinvol kunnen inzetten. Dat is een zoektocht, een proces van vallen en opstaan, van experimenteren en ontdekken. En juist die ontdekkingsreis is zo ontzettend belangrijk. Als we ons nu al laten verlammen door een soort ‘AI-schaamte’ over bijvoorbeeld de ecologische voetafdruk, dan missen we de kans om te leren. En dat leren is cruciaal, want AI is geen hype die overwaait; het is een fundamentele technologische verschuiving die de manier waarop we werken en leven blijvend zal veranderen. Of we dat nu leuk vinden of niet.

Door nu proactief te verkennen, te experimenteren en vaardigheden op te bouwen, kunnen we die verandering hopelijk een beetje mede vormgeven. We kunnen ontdekken hoe AI ons kan helpen onze missie als sociale ondernemingen – het creëren van kansen voor mensen die wat extra ondersteuning nodig hebben – nog beter te vervullen. Want stel je voor dat AI ons kan helpen om administratie te versimpelen, begeleiding te personaliseren of nieuwe, inclusieve werkplekken te creëren? Die potentie moeten we durven onderzoeken.

2. Die beruchte milieu-impact van AI: is het echt zo zwart-wit?

Natuurlijk, de zorgen over het energieverbruik van AI zijn niet uit de lucht gegrepen. Het trainen van die enorme taalmodellen en het 24/7 laten draaien van datacenters kost een flinke slok energie. Daar moeten we niet naïef over zijn. Maar het verhaal is, zoals zo vaak, een stuk genuanceerder dan het op het eerste gezicht lijkt.

Wat mij bijvoorbeeld opviel in recent onderzoek (zoals dat van Tomlinson en collega’s uit 2024) is dat AI voor bepaalde taken, zoals het schrijven van een stuk tekst of het maken van een illustratie, per ‘product’ (dus per pagina of per afbeelding) wel eens significant minder CO2 kan uitstoten dan wanneer wij mensen dat helemaal zelf doen, inclusief de uren die we achter onze computer zitten. Dat zet de boel toch in een ander perspectief, vind je niet?

Het betekent natuurlijk niet dat we achterover kunnen leunen. Maar het laat wel zien dat we verder moeten kijken dan alleen het totale energieverbruik. Waar komt die energie vandaan? Wordt er geïnvesteerd in groene stroom voor datacenters? Worden AI-modellen steeds efficiënter (en ja, dat gebeurt!)? En hoe zit het met de levenscyclus van de hardware en de groeiende berg e-waste? Allemaal belangrijke vragen die we moeten blijven stellen. Als sociale ondernemingen, met duurzaamheid vaak diep in ons DNA, hebben we hier een rol te pakken: kritisch zijn, maar ook openstaan voor de feiten en de mogelijkheden om het beter te doen.

3. Lessen uit het verleden: van de eerste website tot Google en nu AI

AI is geen losstaand fenomeen; het is een nieuwe loot aan de stam van technologische ontwikkelingen. Denk eens terug aan de opkomst van het internet. De eerste websites, de trage modems… wie had toen kunnen bevroeden welke enorme impact – ook ecologisch – dit zou hebben? En toch, het internet zelf stellen we nauwelijks ter discussie. De voordelen zijn simpelweg te groot gebleken. Hetzelfde geldt voor Google: een onmisbaar algoritme voor velen, maar ook een grootverbruiker van energie.

Wat we nu met AI anders kunnen doen, en waar ik een kans zie, is dat we veel meer vooraf kunnen nadenken over de mogelijke gevolgen. De maatschappelijke discussie over AI, inclusief de ethische en ecologische kanten, loopt nu veel meer gelijk op met de technologische vooruitgang. Dat is winst! Het geeft ons de kans om niet alleen reactief te zijn, maar proactief beleid te maken, kaders te scheppen en standaarden te ontwikkelen voor verantwoorde AI. Juist wij, in de sociale sector, kunnen hier een stem in hebben en pleiten voor een ontwikkeling die inclusief en duurzaam is.

4. Waar het écht om draait: hoe en waarvoor gebruiken we AI?

Uiteindelijk is de technologie zelf niet goed of slecht; het gaat erom wat wij ermee doen. De intentie achter de inzet van AI is volgens mij allesbepalend. Stellen we AI in dienst van onze kerndoelen? Helpt het ons om mensen beter te begeleiden, werkprocessen socialer in te richten, of onze maatschappelijke impact te vergroten? Of laten we ons meeslepen door de nieuwste snufjes zonder kritisch te kijken naar de toegevoegde waarde?

Het is een interessante gedachte om het gebruik van AI eens af te zetten tegen andere digitale gewoontes. Hoeveel energie en tijd besteden we bijvoorbeeld aan het passief scrollen door sociale media, en wat levert dat ons op? Zou het bewuster inzetten van AI voor het oplossen van complexe problemen, het beantwoorden van diepgaande vragen of het stimuleren van creativiteit dan niet een waardevollere besteding van diezelfde (digitale) middelen zijn?

Voor ons als sociale ondernemingen reikt het “grote plaatje” nog verder. Het gaat niet alleen om CO2-reductie. Het gaat om sociale rechtvaardigheid, om inclusie, om de vraag of de AI-systemen die we gebruiken wel ethisch zijn ontwikkeld. Wordt er zorgvuldig omgegaan met data? Dienen ze de mens, of andersom? Dit zijn de vragen die we onszelf continu moeten stellen, trouw aan onze kernwaarden. En ja, daarbij hoort ook dat we kritisch kijken naar de specifieke tools die we overwegen en wat hun werkelijke impact is.

5. En nu? Praktische stappen voor sociale ondernemingen die met AI aan de slag willen

Goed, leuk al die reflecties, hoor ik je denken, maar wat kunnen we nu concreet doen? Hoe zorgen we dat we AI op een verantwoorde manier een plek geven in onze organisaties? Ik zie een paar belangrijke aanknopingspunten:

  • Investeer in nieuwsgierigheid en kennis: Zorg dat jij en je collega’s, en waar het kan ook de mensen die je begeleidt, de basis van AI begrijpen. Wat is het, wat kan het (niet), en wat zijn de mogelijke gevolgen? Er zijn steeds meer toegankelijke trainingen en informatiebronnen. Maak er gebruik van!
  • Durf te experimenteren, maar doe het slim: Je hoeft niet meteen vol in te zetten op de meest complexe AI-systemen. Begin klein, met toepassingen waarvan je denkt dat ze écht iets kunnen toevoegen aan je werk of dat van je cliënten. Een tool die helpt bij het schrijven van teksten? Een slimme planningstool? Probeer het, evalueer, en leer ervan.
  • Praat mee en deel je ervaringen: Het wiel hoeft niet overal opnieuw uitgevonden te worden. Deel jer ervaringen], waar je tegenaan loopt, en welke ethische dilemma’s je tegenkomt. Juist onze sector kan waardevolle inzichten leveren voor een mensgerichte AI-ontwikkeling.
  • Wees een kritische consument van AI: Als je AI-tools of -diensten inkoopt, stel dan lastige vragen. Hoe zit het met datagebruik? Is de leverancier transparant over de werking? Wat doen ze aan duurzaamheid? Jouw vragen als klant hebben invloed!
  • Zoek de samenwerking op: Je hoeft het niet alleen te doen. Werk samen met andere organisaties, met kennisinstellingen, misschien zelfs met ethische tech-ontwikkelaars. Samen staan we sterker in het vormgeven van een verantwoorde AI-toekomst.

Tot slot: AI als bondgenoot voor een betere wereld?

De opkomst van AI brengt, zoals elke grote technologische verandering, onzekerheid en uitdagingen met zich mee. Maar ik geloof oprecht dat het ook enorme kansen biedt, juist voor ons als sociale ondernemingen. Als we de valkuil van een onproductieve ‘AI-schaamte’ weten te vermijden en in plaats daarvan kiezen voor een pad van bewust leren, kritische reflectie en doelgerichte actie, dan kunnen we AI tot een bondgenoot maken. Een instrument dat ons helpt om onze maatschappelijke impact te vergroten, processen efficiënter en socialer in te richten, en mensen nog beter te ondersteunen op hun weg naar werk en participatie.

De sleutel? Die ligt volgens mij in het maken van bewuste keuzes, het hebben van een heldere visie op wat we willen bereiken, en de moed om nieuwe technologieën te omarmen met ons hart op de juiste plek: gericht op mens, milieu en een mooiere toekomst. Laten we die handschoen samen oppakken!